Verschil tussen stilstaan en parkeren
Parkeren betekent het voertuig laten stilstaan zonder direct bezig te zijn met in- of uitstappen of laden/lossen. Stilstaan is kort stoppen voor precies die handelingen, of door verkeersredenen (bijvoorbeeld bij een rood licht). Dit onderscheid is belangrijk, omdat sommige borden alleen parkeren verbieden, terwijl andere ook stilstaan verbieden.
Verbodsborden: E1 en E2
- Bord E1 – Parkeerverbod: Blauwe cirkel met rode rand en één schuine streep. Parkeren is verboden, maar u mag wél kort stilstaan om te laden/lossen of iemand te laten in- of uitstappen.
- Bord E2 – Verbod stil te staan: Blauwe cirkel met rode rand en kruis van twee rode strepen. Hier mag u helemaal niet stoppen, behalve in noodgevallen.
Waar mag u niet parkeren?
- Binnen 5 meter van een kruispunt.
- Voor een in- of uitrit.
- Op de rijbaan van een voorrangsweg buiten de bebouwde kom.
- Op plaatsen gereserveerd voor vergunninghouders, taxi’s, laden en lossen of elektrische voertuigen (zonder dat u bevoegd bent).
- Langs een gele onderbroken streep.
- Op een laad- en losstrook als u daar niet mee bezig bent.
- Op gehandicaptenparkeerplaatsen zonder geldige kaart.
Waar mag u niet stilstaan?
- Op of vlak voor een kruispunt of spoorwegovergang.
- Op fietsstroken of direct ernaast.
- Op zebrapaden en andere oversteekplaatsen (en binnen 5 meter daarvan).
- In tunnels.
- Bij bushaltes (12 meter voor en na het haltebord, tenzij u direct iemand laat uitstappen en er geen bus aankomt).
- Langs een busstrook.
- Langs een gele doorgetrokken streep.
Speciale zones en uitzonderingen
Blauwe zones (parkeerschijfzones)
In blauwe zones (bord E10) mag u alleen parkeren met een parkeerschijf, ingesteld op het aankomsttijdstip. De maximale duur staat aangegeven op het bord. Motorrijders zijn meestal uitgezonderd.
Woonerven (erf)
In een woonerf (bord G5) geldt een algemeen parkeerverbod, behalve in gemarkeerde parkeervakken. Auto’s zijn hier te gast; parkeren buiten de vakken is niet toegestaan.
Vergunninggebieden
Parkeren in vergunninghouderszones is alleen toegestaan met een geldige vergunning. Bezoekers moeten gebruikmaken van een bezoekerspas of betaald parkeren.
Gehandicaptenparkeerplaatsen
Deze plaatsen zijn exclusief voor voertuigen met een gehandicaptenkaart. Met deze kaart mag u bovendien maximaal drie uur parkeren op een plek met parkeerverbod (E1), mits u een parkeerschijf gebruikt.
Parkeren in de berm
Parkeren in de berm is in principe toegestaan, tenzij dit hinderlijk of gevaarlijk is of er borden staan die het verbieden. Let op: een E1-bord geldt formeel alleen voor de rijbaan, niet voor de berm, maar gemeenten kunnen strengere regels hebben.
Conclusie
Parkeer en sta nooit stil waar dit gevaar of hinder oplevert. Onthoud het verschil tussen stilstaan en parkeren, herken de borden E1 en E2 en let op speciale zones zoals blauwe zones, woonerven en gehandicaptenplaatsen. Zo voorkomt u boetes en draagt u bij aan een veiligere verkeerssituatie.
